De ILS-aanpak
Je hebt je vast wel eens afgevraagd hoe piloten het doen bij slecht zicht om zichzelf te leiden en op de landingsbaan te landen?
Ze gebruiken een zogenaamde instrumentbenadering, er zijn verschillende soorten. Vandaag gaan we het hebben over het ILS of Instrument Landing System, waarmee piloten verticaal en lateraal kunnen worden geleid, wat een precisienadering wordt genoemd. Dit systeem maakt gebruik van twee antennes aan de rand van de baan. Eén, genaamd "lokaliseren", zal het vliegtuig zijwaarts leiden om aan te geven of het te ver naar links of rechts van de baan is. De andere, genaamd "Glide path", zal het vliegtuig verticaal geleiden en aangeven of het te hoog of te laag is in vergelijking met het optimale glijpad van 3° (standaard).
In onze cockpit worden de aanwijzingen van deze antennes weergegeven door twee magenta diamanten langs de kunstmatige horizon. De diamant vertelt ons altijd hoe we moeten corrigeren om weer op het ideale traject te komen.
De magenta diamant onderaan en horizontaal vertegenwoordigt onze baanas. Als we ons bijvoorbeeld links van de middenlijn van de startbaan bevinden, bevindt onze diamant zich rechts van onze schaal. We moeten daarom rechtsaf richting de diamant om weer op de middenlijn van de startbaan te komen.
Het verticale en rechter gedeelte werken hetzelfde; als we de diamant bovenaan zien, betekent dit dat we te laag zijn ten opzichte van ons optimale glijpad. We zullen daarom moeten corrigeren door de afdaling te verminderen om terug te keren naar het afdalingspad en de diamant te centreren ...
Als je denkt de uitdaging aan te gaan om onze mistsimulator te landen met alleen de instrumenten als navigatiehulpmiddel, wacht dan niet langer en boek je vlucht aan boord van onze simulator!